zien

fotografie
4 x ZIEN

2 september 2005
Zien – zien – zien (enkele exposanten hier vermelden het in hun statement)
is het adagio van de fotografie. Nadien kun je met eigen inzichten, met persoonlijke denkwijzen en met je innerlijke denkwereld vastleggen wat je begeestert.
Het technisch kunnen speelt daarbij een rol, het is zonder meer goed dat je weet hoe je de fotografische techniek moet aanpakken.
Bepalend is ze niet.
Een creatief proces begint van bij je ogen die je gehelen en details laten waarnemen. Je kunt deze gegevens zonder meer overnemen. Of èn dat is creativiteit – om het woord kunst niet te gebruiken – je kunt er je eigen interpretatie aan geven of aan toevoegen zodat je het onderwerp tot een hoogst persoonlijke getuigenis maakt.
En daarvoor wil ik de bezoekers van deze 4X tentoonstelling uitnodigen
om dit laatste samen met mij te ontdekken in de foto’s van Tilly, Herman, Eric en Ludo.

Tilly Verelst trekt foto’s in het vierkant. Een bewuste keuze, want bij een spannend onderwerp hoort een spannend beeldformaat. Met enkele opnamen benadrukt ze nog deze strakheid doorheen een mee gefotografeerd kader. Alsof ze ons wil vertellen: kijk es, kijk es goed, dát heb ik gezien en gevoeld, dát wil ik aan jullie kenbaar maken.

Ze neemt het roer in handen. Wij kunnen er niet onderuit om zo goed en zo kwaad mogelijk in haar denkwereld te treden. Een gelijkaardig gebiedend moment reikt ze ons aan met de naaktfoto’s. Camerastandpunt , scherpte tegenover onscherpte, detail naast overzicht, een duidelijk aanwezige korrelstructuur, het zijn haar stijlelementen die Tilly aanwendt om haar foto’s tot boeiende kijkbeelden te boetseren. Je wordt uitgenodigd, uitgedaagd zelfs, om ze te aanschouwen en om proberen te begrijpen wat haar bezig houdt en wat ze ermee wil uitdrukken.
Tilly is de barokke fotografe in dit gezelschap.

Herman Van Bouwel is de fotograaf van het verstilde moment.
Schaduwen wijzen naar ons. Straten en stoepranden lopen dwingend door het beeld.
Ze dagen uit om hun richting te volgen en te blijven kijken. Verkeerspalen rijzen op dwars doorheen het beeld. Daar tussendoor, terloops, merken we benen en voeten van passanten. Als Herman op straat is, ziet hij hoe we ons bewegen langs en door deze woestijn van steen. Alles is netjes afgelijnd, is geordend aangeduid en bevindt zich op zijn plaats. O wee als er iets onverwachts gebeurt: te veel regenval, te veel volk, te veel verkeer… Achter deze schijnbare stiltefoto’s, achter deze schijnbare rust, schuilen momenten van chaos…
Chaos…? Die onmiddellijk zichtbaar is op z’n kleurenfoto’s.
Ze zijn symmetrisch uitgewerkt. Niettemin vormen ze een neerslag – of is het een voorafbeelding ? – van de complexiteit waardoor we omringd zijn. De iets of wat harde kleuren zijn daarbij bepalend.

ericroevens’ foto’s scheppen een wereld waar het goed vertoeven is. De mensen erop zijn rustig bezig, of helemaal niet. Eerder zitten ze mooi, alsof de fotograaf compositorisch ingegrepen heeft, op een geordende rij. De kleuren zijn overheersend tinten van bruin. Deze kleuren zijn rustgevend, ze bevorderen het kijken, het in zich opnemen van het gehele beeld. Tot we zien dat er wit is, rood, groen, blauw, fijn getint, even maar.
Stil, poëtisch – het woord is eruit – zo komen de fotobeelden van eric op ons over. Ze zijn stuk voor stuk korte en intieme gedichtjes in beelden. Woorden komen dan vanzelf, zoals blijkt. Een aantal foto’s werkt eric zowel in kleuren als in zwart-wit uit. Toch kunnen we er niet onderuit om ze met poëzie te vergelijken. Zwart-wit…? Nee, eerder variaties in grijstinten, die oogstrelend overkomen. De foto’s van eric gaan over de tijd, de tomeloze tijd, die nooit halt wil houden. Maar hier toch – al is het voor een korte wijle – staat de tijd stil en worden we uitgenodigd hem even te vergeten.

Ludo Van Tendeloo fotografeert opeenvolgingen van licht en schaduw.
Hij kiest dat ene moment uit dat harmonieus de ritmiek van de dingen schetst. Ludo heeft daar een oog voor. Wij zien dat nu wél op zijn foto’s. Om dat zelf in het geheel dat ons omgeeft op te merken en in sprekende beelden vast te leggen, heb je iets nodig; talent zou ik zeggen. Het is niet onbelangrijk dat je daarbij bewust bezig bent met het boeiend gegeven dat licht heet. Dat je kunt beoordelen wat het zonnelicht op dat eigenste ogenblik met je onderwerp uitricht. Maar ook een gevoel hebben voor staccato’s, crescendo’s, da capo’s, …, is niet onbelangrijk. Als fervent muziekliefhebber heeft Ludo hier geen moeite mee. Als liefhebber en kenner kan hij met zoveel piëteit vertellen over de schoonheid die in de natuur ligt. Het is daarom niet te verwonderen dat hij een reeks foto’s presenteert van natuurstructuren met aandacht voor de werking van water, wind, en het strelend zonnelicht.
Ludo z’n sterkte is dat hij onvergetelijke en tijdloze fotobeelden schept.

Xavier Rombouts (beroepsfotograaf)
2 september 2005